Italië, jaren '80. In Riparbella, een dorpje aan de Tyrreense zee, sluit de Britse archeoloog Arthur zich aan bij een groep grafrovers. Hij ziet er wat haveloos uit in z’n verkreukelde witte zomerpak. De jonge Engelsman, voorheen een keurige archeoloog, is in Toscane. Hij deed eerder aan wetenschappelijk onderzoek, nu jaagt hij op kostbare juwelen uit de Oudheid om ze voor veel geld te verkopen op de zwarte markt voor verzamelaars.
Op zijn tochten wordt Arthur vergezeld door een groep dakloze jongeren en ouderen die hem helpen met opgraven; ze dragen Arthur op handen vanwege zijn feilloze vermogen om de kunstschatten van de Etrusken te vinden. Ondertussen maakt de Engelsman een verloren indruk; hij rouwt om het verlies van zijn grote liefde Beniamina.
Regisseuse Alice Rohrwacher vervolgt haar tocht door een minder bekende kant van Italië, die in films wordt genegeerd, maar essentieel is voor het begrip van een land vol mysteries en tegenstrijdigheden. La Chimera is een reis die zich afspeelt tussen de levenden en de doden, tussen bossen en steden en tussen de eenzamen en de feestenden. De film viert het leven en is een bespiegeling over verlies en rouw.